Les 364

(30 december)

Dit heilig ogenblik wil ik U geven.

Neemt U het in handen.

Want U wil ik volgen, in de zekerheid dat Uw leiding mij vrede geeft.

1. En als ik een woord nodig heb om me te helpen, zal Hij het me geven. Als ik een gedachte nodig heb, geeft Hij me die ook. En als ik alleen maar stilheid nodig heb en een rustige, open denkgeest, dan zijn dat de gaven die ik van Hem ontvangen zal. Hij heeft de leiding, op mijn verzoek. En Hij zal me horen en antwoord geven, want Hij spreekt namens God, mijn Vader, en Zijn heilige Zoon.


Toelichting:

Voor de laatste twee dagen van het jaar stel ik voor dat je, behalve de les zelf, ook het Nawoord leest. Ik wil deze twee dagen namelijk enkele gedachten met je delen die daar op zijn gebaseerd.

 

In dit Nawoord weerklinken twee thema’s van deze laatste lessen: het volgen van de Heilige Geest als onze Leraar en Vriend, en de zekerheiddat we het eind van de reis zullen bereiken. Vandaag zal ik het volgen van de Heilige Geest bespreken en morgen de zekerheid van onze thuiskomst.

 

Het Nawoord maakt duidelijk dat onze reis nog maar net begonnen is, zelfs wanneer we het Werkboek geheel hebben doorgewerkt, zijn doel hebben bereikt, en de gewoonte hebben ontwikkeld om ons leven over te geven aan de leiding van de Heilige Geest.

 

Ons wordt verteld dat deze cursus een begin is, niet een einde (1:1). We kunnen kwellingen (1:5) en problemen (1:7) verwachten. We hebben nog steeds lessen te leren, al zijn dat niet meer de specifieke lessen van het Werkboek (3:1). Er worden nog steeds inspanningen van ons gevraagd (3:3). We zullen moeilijkheden ervaren en we zullen perioden kennen waarin we pijn voor werkelijk houden (4:1). We zijn op weg naar de Hemel, maar hebben die nog niet bereikt (5:4). We hebben leiding nodig (5:5), dus er zijn nog obstakels en onduidelijkheden op ons pad. We zijn op weg naar huis (5:7) en zullen op Zijn weg voortgaan (6:2). Jezus zegt dat Hij ons nooit zonder troost zal achterlaten (6:8), dus kennelijk hebben we nog behoefte aan troost.

 

Dit alles geeft aan dat een groot deel van de reis nog vóór ons ligt, maar dit Nawoord is bedoeld om de ontmoediging tegen te gaan, die ons kan overvallen als we ons dit realiseren. Om te beginnen hebben we een Vriend die met ons meegaat. Een Vriend! Is mijn interactie met de Heilige Geest voldoende geweest om te weten dat Hij mijn vertrouwen verdient? “Hij heeft jouw vertrouwen verdiend door jou dagelijks te spreken over je Vader en je broeder en je Zelf” (WdII.Nw.4:4). We hebben zulke prachtige beloften ontvangen over Zijn behulpzaamheid! We doen nooit tevergeefs een beroep op Hem. Hij heeft het antwoord op alles wat we Hem vragen en Hij zal dat niet achterhouden. Het enige wat we hoeven te doen is vragen. Hij vertelt ons wat we werkelijk verlangen en werkelijk nodig hebben (WdII.Nw.2:4).

 

Hij zal jouw inspanningen richting geven en je precies vertellen wat je moet doen, hoe jij je denkgeest dient te richten, en wanneer je in stilte tot Hem moet komen om Zijn onfeilbare leiding en Zijn betrouwbaar Woord te vragen (WdII.Nw.3:3).

 

We hoeven ons geen zorgen te maken over de duur en de complexiteit van onze reis. We hebben een Gids. Het Werkboek is niet de reis, het is een training die ons voorbereidt op de reis, ons introduceert bij onze Gids, en ons leert Hem te vertrouwen. Door het Werkboek te doen hebben we geleerd hoe betrouwbaar en goed geïnformeerd Hij is; nu zijn we er klaar voor om aan de werkelijke reis te beginnen, samen met Hem, in het vertrouwen dat Hij weet hoe Hij ons thuis moet brengen.


Oefeninstructies:

DOEL

Je beoefening en je leven in de handen van de Heilige Geest leggen, zodat Hij je Gids wordt voor je verdere reis door het leven. Je volgt Zijn weg en leidt je broeders lang diezelfde weg. De kern van deze weg is het uitbreiden van vergeving naar anderen en daardoor leren dat je zelf vergeven bent.

 

‘S MORGENS EN ‘S AVONDS

Herhaal de woorden van de les en realiseer je, terwijl je dit doet, dat je de waarheid niet hebt begrepen (WdII.Ll.In.6:1) en dat je geloof in een zondige wereld een vergissing was (WdII.Ll.In.1:5). Nu kom je met lege handen tot Gods eigen Leraar en vraagt Hem je te helpen Zijn lessen te leren (WdII.Ll.In.6:1).

 

Dit heilig ogenblik wil ik U geven.

Ik zet mijn oude overtuigingen opzij en geef deze oefenperiode aan U, zodat ze een heilig ogenblik mag worden.

 

Neemt U het in handen.

Ik zet mijn gedachten en woorden opzij en leg deze oefenperiode volledig in Uw handen.

 

Want U wil ik volgen, in de zekerheid dat Uw leiding mij vrede geeft.

Ik doe dit, opdat U mij langs Uw weg van liefde kunt leiden. En alleen op die weg zal ik vrede vinden.

 

Begeef je na het uitspreken van deze woorden in een Open Mind meditatie. Open je denkgeest voor de aanwezigheid van de Heilige Geest en handhaaf die openheid zonder het gebruik van woorden.

 

Het kan behulpzaam zijn je voor te stellen dat je denkgeest Zijn heilige tempel is. Misschien is hij gewoonlijk een “rommelkamer”, die je vult met allerlei gedachten, maar gedurende deze oefenperiode is het Zijn tempel, die alleen gevuld wordt met Zijn aanwezigheid. Hij heeft dit ogenblik in handen. Dat betekent dat je je gedachten en woorden bij de deur achterlaat. Als je dat vergeet en met volle handen de tempel binnenkomt, zeg dan: “Neemt U het in handen.” Houd voor de rest van je oefenperiode dit beeld in gedachten. Vertrouw erop dat Hij je hoort en naar deze heilige plaats zal komen.

 

Als Hij komt, geeft Hij je misschien een woord om te herhalen, of een gedachte om bij stil te staan. Of misschien hoor je Gods Stem zeggen: “Dit is Mijn Zoon, en al wat het Mijne is, is het zijne” (WdII.Ll.In.6:3). Of Hij schenkt je “een rustige, open denkgeest” (1:3). Hoe dan ook, Hij zal komen om je naar een leven te leiden waarin je Hem volgt op Zijn weg van vergeving.

 

UURLIJKSE HERINNERING

Een of twee minuten op het hele uur (of korter wanneer dat vanwege de omstandigheden niet mogelijk is). Doe een korte versie van de ochtend- en avondoefening. Herhaal het idee als een uitnodiging aan God en wacht dan in woordeloze stilte op Zijn komst.

 

HERHALINGEN

Herhaal het idee van de dag zo vaak mogelijk: “Herhaal het, en laat je denkgeest een kort moment in stilte en vrede verpozen” (WdI.hIII.In.10:5).

 

ANTWOORD OP VERLEIDINGEN

Herhaal het idee zodra je in onvrede raakt, als een manier om de Heilige Geest te vragen deze onvrede te verdrijven.