Les 76

(17 maart)

Ik sta onder geen andere wetten dan die van God.

1. We hebben eerder opgemerkt hoeveel zinloze zaken jou verlossing toeschenen. Elk heeft jou gekluisterd met wetten die even zinloos zijn als die zaak zelf. Je bent niet aan die wetten gebonden. Maar om te begrijpen dat dit zo is, moet je eerst beseffen dat daarin geen verlossing ligt. Zolang je die zoekt in dingen die geen betekenis hebben, bind jij jezelf aan wetten die onzinnig zijn. Zo probeer je te bewijzen dat verlossing is waar ze niet is.

 

2. Vandaag zijn we blij dat je dit niet bewijzen kunt. Want kon je dat wel, dan zou je in alle eeuwigheid naar verlossing zoeken waar ze niet is, en haar nooit vinden. Het idee voor vandaag vertelt je nogmaals hoe eenvoudig verlossing is. Zoek ernaar waar ze op jou wacht, en daar zal ze worden gevonden. Zoek nergens anders, want ze is nergens anders.

 

3. Denk aan de vrijheid die jou gegeven wordt door het inzicht dat je niet gebonden bent aan alle vreemde en verwrongen wetten die jij hebt opgesteld om jezelf te redden. Jij meent werkelijk dat je verhongert als je geen pakken gekleurde papierstroken en stapels metalen schijfjes bezit. Jij meent werkelijk dat een klein rond bolletje of wat vloeistof die met een scherpe naald in je aderen wordt gedrukt, ziekte en dood afwendt. 4Jij meent werkelijk dat je alleen bent als er geen ander lichaam bij jou is.

 

4. Het is waanzin die deze dingen denkt. Jij noemt ze wetten, en plaatst ze onder verschillende namen in een lange lijst van rituelen die geen nut hebben en geen doel dienen. Je denkt dat je de ‘wetten’ van de geneeskunde, de economie en de gezondheid moet gehoorzamen. Bescherm het lichaam en je zult worden verlost.

 

5. Dit zijn geen wetten, dit is dwaasheid. Het lichaam wordt in gevaar gebracht door de denkgeest die zichzelf kwetst. Het lichaam lijdt alleen opdat de denkgeest niet zal zien dat hij slachtoffer is van zichzelf. Het lijden van het lichaam is een masker dat de denkgeest ophoudt om te verbergen wat werkelijk lijdt. Hij wil niet begrijpen dat hij zijn eigen vijand is, dat hij zichzelf aanvalt en sterven wil. Daarvan willen jouw ‘wetten’ het lichaam verlossen. Hierom denk je dat jij een lichaam bent.

 

6. Er zijn geen andere wetten dan de wetten van God. Dit moet keer op keer worden herhaald, tot je beseft dat dit geldt voor alles wat jij gemaakt hebt tegengesteld aan Gods Wil. Jouw magie heeft geen betekenis. Wat het moet verlossen, bestaat niet. Alleen wat het moet verbergen, zal jou verlossen.

 

7. De wetten van God kunnen nooit worden vervangen. We zullen deze dag gebruiken om ons erin te verheugen dat dit zo is. Het is niet langer een waarheid die wij willen verbergen. We beseffen daarentegen dat het een waarheid is die maakt dat we voor eeuwig vrij blijven. Magie zet gevangen, maar de wetten van God maken vrij. Het licht is gekomen omdat er geen andere wetten zijn dan de Zijne.

 

8. We zullen de langere oefenperioden vandaag beginnen met een kort overzicht van de verschillende soorten ‘wetten’ die we meenden te moeten gehoorzamen. Hieronder vallen bijvoorbeeld de ‘wetten’ van voeding, immunisering, medicatie en de bescherming van het lichaam op ontelbare manieren. Denk verder na: je gelooft in de ‘wetten’ van de vriendschap, van ‘goede’ relaties en wederdiensten. Misschien denk je zelfs dat er wetten zijn die bepalen wat van God is en wat van jou. Veel ‘godsdiensten’ zijn hierop gebaseerd. Ze plegen niet te verlossen, maar in naam van de Hemel te verdoemen. Toch zijn ze niet vreemder dan andere ‘wetten’ die volgens jou gehoorzaamd moeten worden wil jij veilig zijn.

 

9. Er zijn geen andere wetten dan die van God. Zet vandaag alle dwaze magische overtuigingen van je af, en houd je denkgeest in stilte bereid om de Stem te horen die de waarheid tot je spreekt. Je zult naar Iemand luisteren die zegt dat er onder Gods wetten van verlies geen sprake is. Geen betaling wordt er gedaan of ontvangen. Er kan niet geruild worden, er zijn geen vervangingsmiddelen, en niets neemt de plaats in van iets anders. Gods wetten geven steeds en nemen nooit.

 

10. Luister naar Hem die jou dit vertelt en besef hoe dwaas de ‘wetten’ zijn waarvan jij dacht dat ze de wereld, die jij dacht te zien, draaiend hielden. Luister dan verder. Hij zal je nog meer vertellen. Over de Liefde die je Vader voor jou heeft. Over de oneindige vreugde die Hij jou biedt. Over Zijn diep verlangen naar Zijn enige Zoon, geschapen als Zijn scheppingskanaal; Hem ontzegd door diens geloof in de hel.

 

11. Laten we vandaag Gods kanalen voor Hem openstellen, en laat Zijn Wil zich door ons heen naar Hem toe uitbreiden. Zo wordt schepping eindeloos vermeerderd. Zijn Stem zal ons hiervan vertellen, alsook van de hemelse vreugden die door Zijn wetten voor altijd onbegrensd worden bewaard. We zullen het idee van vandaag herhalen totdat we geluisterd hebben en hebben begrepen dat er geen andere wetten zijn dan die van God. Dan zullen we tegen onszelf zeggen, als blijk van toewijding waarmee de oefenperiode eindigt:

 

Ik sta onder geen andere wetten dan die van God.

 

12. Wij zullen dit blijk van toewijding vandaag zo vaak mogelijk herhalen, tenminste vier tot vijf keer per uur, en tevens de hele dag door als antwoord op elke verleiding om onszelf onderworpen te voelen aan enige andere wet. Het is onze vrijheidsverklaring van alle gevaar en alle tirannie. Het is onze erkenning dat God onze Vader is en dat Zijn Zoon is verlost.


Toelichting:

Dit is misschien wel een van de meest uitdagende lessen van het Werkboek. Ze confronteert ons met een uitgebreid arsenaal van vluchtwegen en surrogaten voor verlossing, die we ontwikkeld hebben en waarvan we menen afhankelijk te zijn. Ze schokt ons door haar radicale beweringen. Maar als we openstaan voor wat ze zegt beginnen we te zien dat de Cursus al onze fundamentele aannames over het leven en onszelf uitdaagt. We zijn veel dieper verankerd in de illusies van het ego dan we ons tot nu toe hebben gerealiseerd.

 

Het volgende scenario vormt de achtergrond van deze les:

 

1. We zijn een volmaakte, vormloze denkgeest, een deel van een naadloos geheel. We wensten ons echter af te scheiden en ons te identificeren met een klein fragment van de denkgeest, dat we “ik” noemden. Bovendien bleef het niet bij deze wens, we overtuigden onszelf er ook van dat we het werkelijk deden. Ons besef van wie we zijn is nu beperkt tot dit kleine fragment van de denkgeest. De denkgeest voelt zich schuldig vanwege dit – onjuiste – geloof.

 

2. We hebben om twee redenen een wereld vol lichamen gemaakt: ten eerste om de illusie van afgescheidenheid in stand te houden en ten tweede om te ontsnappen aan de schuld in onze denkgeest, door deze op de wereld en op de “anderen” die in de wereld zijn te projecteren. We hebben ons geïdentificeerd met ons lichaam, meer nog dan met het fragment in onze denkgeest, dat we waarnemen als in ons lichaam.

 

3. Gelovend dat we een lichaam zijn en dat we – als lichaam – door veel dingen in de wereld bedreigd worden, hebben we een eindeloze lijst van middelen bedacht om onze lichamen te beschermen en te behouden. Dit zijn de wetten van de wereld waarover in deze les gesproken wordt.

 

De eerste zin van deze les verwijst naar een eerdere verklaring in de eerste drie alinea’s van les 71. Hierin wordt besproken op hoeveel zinloze manieren we naar verlossing hebben gezocht, in de vorm van bescherming, veiligheid en geluk. In les 71 waren de sleutelwoorden hiervoor: “Als dit anders was, zou ik verlost zijn” (WdI.71.2:4). Deze les voegt daar aan toe:

 

Elk [van deze dingen] heeft jou gekluisterd met wetten die even zinloos zijn als die zaak zelf (1:2)

 

Om een voorbeeld te geven: als we streven naar een goede fysieke gezondheid om ons lichaam te “redden” raken we verstrikt in ontelbare wetten die over onze gezondheid heersen: voeding, medicijnen, enzovoort. Deze les noemt nog meer zogenaamde wetten waaraan we onderworpen menen te zijn: de behoefte aan geld (3:2: “papierstroken en metalen schijfjes”), de behoefte aan medicijnen om ziekten te voorkomen, de behoefte aan contact met andere lichamen (seks, vriendschap), geneeskundige en economische wetten, gezondheidszorg (voeding, lichaamsbeweging, hoeveelheid slaap, vitaminegebruik), wetten met betrekking tot relaties en communicatie; en zelfs “religieuze” wetten.

 

Deze les zegt dat we niet aan deze wetten gebonden zijn: “Maar om te begrijpen dat dit zo is, moet je eerst beseffen dat daarin geen verlossing ligt” (1:4). Met andere woorden: we moeten ons realiseren dat het niet het lichaam en het ego zijn die bescherming nodig hebben. We moeten de vergissing ongedaan maken, die we gemaakt hebben met betrekking tot onze identificatie met wat en wie we zijn. Het ongedaan maken van deze vergissing is uiteindelijk waar Een cursus in wonderen over gaat.

 

Door ons te binden aan wetten die onzinnig zijn (1:5) en verlossing te zoeken door alles te willen veranderen behalve onze denkgeest, hebben we zelf gekozen voor onderwerping aan deze wetten van de wereld, en kiezen we daar keer op keer opnieuw voor. Door te luisteren naar het ego, dat zichzelf in stand probeert te houden ten koste van onze werkelijke Identiteit, blijven we buiten onszelf naar verlossing zoeken.

 

Dat bindt ons aan de wetten van de wereld.

 

Wij denken dat een wonder betekent dat ons lichaam plotseling geneest, of dat we geld ontvangen uit een onverwachte hoek, of dat er iemand in ons leven verschijnt die ons gelukkig maakt. Op die manier geloven we echter nog steeds dat verlossing van buiten moet komen en blijven we gebonden aan de wetten van de wereld. En wat erger is, het houdt ook ons geloof in een identiteit als afgescheiden ego in stand.

 

Het idee om te leven zonder behoefte aan geld of medicijnen of lichamelijke beschermingsmiddelen spreekt iedereen aan. En we kunnen dat bereiken, alleen, paradoxaal genoeg, door er niet naar te zoeken. In de wereld en haar wetten vinden we geen vrijheid. Al het geld bezitten dat we nodig hebben is geen vrijheid. Een perfecte lichamelijke gezondheid is geen vrijheid. Het hebben van goede relaties is geen vrijheid. Vrijheid heeft niets te maken met ons lichaam. Vrijheid kan alleen binnenin onszelf gevonden worden.

 

Het lichaam wordt in gevaar gebracht door de denkgeest die zichzelf kwetst.

Het lichaam lijdt alleen opdat de denkgeest niet zal zien dat hij slachtoffer is van zichzelf (5:2-3).

 

Als gevolg van onze schuld, veroorzaakt door ons geloof in de realiteit van de afscheiding, valt de denkgeest zichzelf aan en wil sterven (zie 5:5). Daarom denken we dat we een sterfelijk lichaam zijn. De wetten waaraan we menen te moeten gehoorzamen om het lichaam te redden zijn niets anders dan pogingen van de denkgeest om het werkelijke probleem te camoufleren: zijn eigen schuld- en afscheidingsgedachten.

 

Gods wetten geven steeds en nemen nooit” (9:6). De wetten die wij zien lijken hier totaal niet op en daarom kunnen ze niet werkelijk zijn. Ze komen niet van God en “er zijn geen andere wetten dan die van God” (9:1). In de oefening van vandaag wordt ons gevraagd om naar onze dwaze wetten te kijken en dan te luisteren, “om de Stem te horen die de waarheid tot je spreekt” (9:2). Deze Stem vertelt ons over Gods eeuwige Liefde, over Zijn wens om ons “oneindige vreugde” te schenken (10:5) en over Zijn diepe verlangen om ons te gebruiken als “Zijn scheppingskanaal”(10:6).

 

Wanneer we deze boodschap van Liefde in onszelf horen, verdwijnen onze gedachten van schuld en afscheiding. Dan realiseren we ons Wie we zijn en verdwijnt ons waanzinnige verlangen om onszelf aan te vallen en te doden. De oorzaak van onze onjuist gerichte zoektocht verdwijnt en daarmee onze dienstbaarheid aan de wetten die onze zelfgemaakte afgoden regeren.

 

Door onze zelfbedachte wetten te confronteren met Gods wetten – wetten die geen verlies kennen, geen ruilhandel en vervangingen, waarvoor geen prijs hoeft te worden betaald, maar die alleen Gods onvoorwaardelijke Liefde bevatten – brengen we onze illusies naar de waarheid.

 

Zie T14.VII.1-4 voor een uitleg van de reden waarom deze twee geloofssystemen bij elkaar moeten worden gebracht, zodat de leugen kan oplossen in het licht van de waarheid.


Oefeninstructies:

DOEL

Werkelijk begrijpen dat je onder geen enkele andere wet staat dan die van God, de vrijheid hiervan zien, en je verheugen dat het zo is.

 

OEFENING

Twee keer, tien tot vijftien minuten.

 

  • Denk in de eerste fase na over de verschillende wetten waarin je gelooft: lichaamswetten, zoals wetten betreffende voeding, medicatie en bescherming; sociale wetten, zoals wetten betreffende wederdiensten en vriendschap; en religieuze wetten, die bepalen wat je aan God moet geven om Zijn geschenken waard te zijn.
  • Dank dan deze wetten af met de gedachte dat er geen wetten zijn buiten die van God en wacht in ontvankelijke stilte om Gods Stem te horen. Herhaal intussen af en toe het idee, als een uitnodiging aan de Heilige Geest om je te helpen dit idee werkelijk te begrijpen. Als je Hem kunt horen, zal Hij je vertellen dat de wetten van God, in tegenstelling tot die van de wereld, alleen maar geven. Ze vragen niets, maar schenken alleen oneindige zegeningen. Hij zal je vertellen dat alle zegeningen die deze wetten je schenken, inclusief de grenzeloze vreugde van de Hemel, voortkomen uit de oneindige Liefde van God voor jou. Luister dus vol vertrouwen, in de wetenschap dat, ook als je Zijn Stem nu niet hoort, Hij toch tot je spreekt, en dat je luisteren van vandaag je dichter bij het horen brengt. Als je iets hoort, of op een andere manier een antwoord ontvangt, is het goed om dat achteraf op te schrijven.
  • Besluit de oefening met het herhalen van het idee.

 

HERHALINGEN

Tenminste vier tot vijf keer per uur.

 

Herhaal het idee als een vrijheidsverklaring: de bevrijding van alle tirannieke wetten van deze wereld en de erkenning dat je uitsluitend leeft onder de zegen van Gods Liefde.

 

ANTWOORD OP VERLEIDINGEN

Herhaal het idee elke keer wanneer je je onderworpen voelt aan de wetten van deze wereld. Omdat we gewoonlijk deze wetten voor lief nemen, realiseren we ons niet altijd wanneer we ons daardoor onderdrukt voelen. Daarom is het goed regelmatig na te gaan welke zaken zwaar op je drukken en te onderzoeken welke wetten daar achter liggen. Je kunt je bijvoorbeeld onderdrukt voelen door de wetten van voeding, of tijd, of geld, of sociale verplichtingen. Reageer hierop door het idee te herhalen, als een vrijheidsverklaring ten opzichte van deze wetten.