Laat me mijn verlosser zien:
Les 78 is een van de lessen die een oefening bevat voor het vergeven van een speciale persoon in ons leven.
Eerst krijgen we instructies over de manier waarop we deze persoon uit moeten kiezen. Vervolgens onderzoeken we hoe we op dit moment over deze persoon denken, inclusief alles wat we in hem of haar afkeuren. En tenslotte komen we bij de kern van de oefening: de woorden die onze denkgeest naar vergeving leiden.
Helaas leiden deze woorden vaker tot verwarring dan tot een transformerende ervaring. Ze vormen een lange zin, die slechts onderbroken wordt door twee komma’s:
Laat me in deze persoon mijn verlosser zien, die U als degene aangewezen hebt aan wie ik vragen zal mij naar het heilig licht te leiden waarin hij staat, zodat ik mij aansluiten kan bij hem (7:3).
Jarenlang betekenden deze woorden weinig of niets voor me, maar de laatste jaren ben ik ze bijzonder gaan waarderen.
Om het transformerende effect te ervaren helpt het om de zin in stukken te verdelen en de betekenis en beeldspraak een voor een te bekijken:
“Laat me in deze persoon mijn verlosser zien...”
In deze openingszin vraag je de Heilige Geest om je iets in je broeder te laten zien dat je nog niet gezien had, iets dat onder of achter jouw negatieve beeld van hem ligt. Je vraagt dat “jouw denkgeest [mag] worden getoond dat er in hem licht is dat achter jouw grieven schijnt” (7:4).
“Verlosser” betekent hier niet: iemand die jou gelegenheid geeft om te vergeven.
Maar wat betekent het wel?
Deze les zegt: Laten we dan aan de Heilige Geest vragen dat we in hem onze verlosser zien, “stralend in het licht van de ware vergeving, ons geschonken”(7:1). In werkelijkheid is je broeder zo heilig dat hij het licht van ware vergeving uitstraalt, dat aan jou geschonken is. Als je ziet wie hij werkelijk is, straalt zijn heilig licht in jouw denkgeest en schijnt daar alle schuld weg. Dat is de manier waarop hij jou verlost. En dat is wat je vraagt om te mogen ervaren.
“die U als degene aangewezen hebt aan wie ik vragen zal...”
Deze broeder bezit zoiets waardevols dat de Heilige Geest hém heeft aangewezen. Daarom kwam meteen deze naam bij je op, toen de les je vroeg om iemand uit te kiezen. Hij is de aangewezen persoon, en iets in jouw denkgeest weet dat. Hij is aangewezen als degene aan wie je iets gaat vragen. En de volgende zin vertelt ons wat dat is:
“mij naar het heilig licht te leiden waarin hij staat...”
Je vraagt hem jou bij de hand te nemen en je naar het licht te leiden. Je wordt dus consequent beschreven in de ontvangende rol: je wordt verlost, je vraag wordt beantwoord, je wordt geleid. Jezelf zien als de nederige ontvanger van de verlossing die je broeder je geeft, is de totale omkering van je huidige opvatting over jullie relatie, waarin je het superieure slachtoffer bent van zijn daden.
Deze zin schildert een concreet beeld. Je kunt het dus visualiseren: zie je broeder jou naar het heilig licht leiden “waarin hij staat”. Deze uitdrukking: “in het heilig licht staan” betekent dat dit zijn staat van zijn is, de staat van zijn waarin hij gegrondvest is. Dit licht is wat hij is. Hij bestaat uit licht.
Dat maakt samen met hem in het licht staan zo krachtig. Want als hij je daar eenmaal heen heeft geleid, staan jullie daar samen.
De Cursus vindt dit zo’n belangrijk beeld dat hij het later nog een keer gebruikt: “Jij staat samen met mij in het licht” (WdI.87.2:3).
“zodat ik mij aansluiten kan bij hem.”
Met deze zin wordt de oefening beëindigd. Je verlosser heeft je naar het licht geleid dat zijn thuis is en daar, samen met hem badend in het licht, zijn jullie verenigd. Alles wat van hem is, is van jou. Het licht waarin hij staat is jouw licht. De verlossing die hij gaf is jouw verlossing. Want hij en jij zijn één.
Dat deze vereniging plaatsvindt in het licht, maakt haar heilig. Het betekent dat alleen wat waar en zuiver is in jullie beiden zich kan verenigen. En het betekent een drievoudige vereniging, waarin niet alleen jij en hij met elkaar verenigd zijn, maar jullie beiden ook met het licht.
Samenvatting:
Deze oefening heeft je, door een totale omkering, door een volledig genezingsproces gevoerd. Je begon met deze persoon te zien als iemand die je duisternis en ellende bezorgde. Vervolgens leerde je dat hij door de Heilige Geest was aangewezen voor het uitvoeren van een heilige taak: hij was degene aan wie je moest vragen je te verlossen. En toen je dat gevraagd had, nam hij je bij de hand en leidde je naar het licht van je verlossing, het stralende licht waarin hij leefde. En daar, samen staande in het licht, verenigde je je met hem, zodat wat hij was werd wat jij bent.
Nu staat hij niet langer los van je of onder je.
Je ziet voorbij het valse beeld van hem als aanvaller en beoordelaar.
Nu zie je, eindelijk, je verlosser.