Les 171

(20 juni)

God is louter Liefde, en dus ben ik dat ook.

1.  (151) Alle dingen zijn een weerklank van de Stem namens God.

God is louter Liefde, en dus ben ik dat ook.

 

2.  (152)  De macht om te beslissen is aan mij.

God is louter Liefde, en dus ben ik dat ook.


Toelichting:

Gedurende deze tien dagen zal ik hoofdzakelijk een toelichting geven op de Inleiding op deze herhaling, in plaats van op de lessen die herhaald worden. Vandaag behandel ik de eerste drie alinea’s en daarna elke dag een van de daaropvolgende.

 

Het centrale thema van deze herhaling is: “God is louter Liefde, en dus ben ik dat ook”. Elk van de twintig ideeën die we herhalen “verduidelijkt slechts een aspect van deze gedachte” (4:2). Ik zal dus eveneens proberen om aan te geven op welke manieren het centrale thema verbonden is met elk van de twee dagelijkse gedachten.

 

De Inleiding opent met een krachtige oproep om onze beoefening serieus te nemen en “meer moeite en meer tijd te besteden aan wat we ondernemen” (1:2). Evenals in Herhaling IV worden we er aan herinnerd dat deze serie lessen is bedoeld ter voorbereiding “op een nieuwe fase in ons begrip” (1:3). De inleiding op herhaling IV verwees daarbij duidelijk naar het tweede deel van het Werkboek:

 

Nu doen we opnieuw een herhaling, ons er ditmaal van bewust dat we ons voorbereiden op het tweede deel van ons leerproces dat ons leert hoe de waarheid kan worden toegepast (WdI.hIV.In.1:1).

 

De opmerking dat we ons voorbereiden op een volgende stap, een verschuiving naar een volgende fase, is bedoeld om ons te motiveren, zodat we “deze stap volledig [willen] zetten, opdat we met meer zekerheid, oprechter, en met een steviger onderbouwd vertrouwen weer verder kunnen gaan” (1:4). De effectiviteit van het tweede deel van het Werkboek hangt kennelijk in hoge mate af van de hoeveelheid tijd en moeite die we nu in onze beoefening willen stoppen.

 

Toen ik de eerste keren het Werkboek deed vond ik het tweede deel teleurstellend, een anti-climax. Ik herinner mij dat ik geen moeite deed om de instructies op te volgen, ik las alleen elke morgen een les. Nu weet ik dat er een rechtstreeks verband is tussen mijn matige beoefening en mijn teleurstelling. Het Werkboek is zich bewust van onze aarzeling en onze twijfels, waardoor we minder ijverig oefenen. Het berispt ons daar niet voor, maar maakt ons wel duidelijk dat we, als we resultaat willen boeken, de instructies moeten volgen. De beloning is “een grotere zekerheid, een bestendiger doel en een zekerder bestemming” (1:6).

 

Het gebed in de tweede en derde alinea van de Inleiding kan behulpzaam zijn, zeker als het gedurende deze herhaling elke dag wordt gebruikt. Het heeft geen toelichting nodig, de betekenis van elke zin is volkomen duidelijk. Het is een gebed om inzet bij onze beoefening, een bevestiging van het vertrouwen dat, zelfs als we vergeten te oefenen of afdwalen, God het zich voor ons zal herinneren, ons op zal richten en ons terug zal roepen.

 

De twee gedachten van vandaag kunnen gemakkelijk verbonden worden met het centrale idee. Als God louter Liefde is en ik dus ook, dan weerkaatst alles Zijn Stem. Alles is een aspect van Hem. De beslissing waar ik vandaag en alle dagen voor sta is of ik dit feit wel of niet aanvaard. Leef ik vandaag als een manifestatie van de Liefde van God of kies ik ervoor om te proberen wat in feite onmogelijk is: iets anders te zijn?


Oefeninstructies:

DOEL

Je voorbereiden op deel II van het Werkboek. Meer tijd en aandacht geven aan de praktische beoefening en het “versnellen van je voetstappen” op je reis naar God. Herkennen van de waarheid van het centrale idee: “God is louter Liefde, en dus ben ik dat ook”. Maak van deze herhaling een geschenk aan Jezus, en een periode waarin je een nieuwe, maar tegelijkertijd oeroude ervaring met hem deelt.

 

HET GEBED

Gebruik het gebed in alinea 2 en 3 om de herhalingslessen aan God op te dragen. Je vraagt Hem hierin om je oefening te leiden en je terug te roepen wanneer je afdwaalt, zodat je sneller vooruitkomt op je weg naar Hem.

 

HET CENTRALE IDEE

Deze herhaling draait om het idee “God is louter Liefde, en dus ben ik dat ook”. Het doel hiervan is om je op een punt te brengen waar je de waarheid van dit idee werkelijk kunt begrijpen en ervaren. Het doel van de ideeën die herhaald worden is dit centrale idee te ondersteunen, de diverse aspecten ervan te verduidelijken, en het “meer betekenis te geven, meer persoonlijk en waar te laten zijn” (WdI. hV.In.4:2).

 

Laat dit idee daarom elke dag van deze tiendaagse herhaling tot je doordringen. Begin en eindig de dag ermee; begin en eindig elke oefenperiode ermee en elk idee dat je herhaalt.

 

OEFENING

’s Morgens en ’s avonds, minimaal vijf minuten en in het ideale geval dertig minuten of meer.

 

Herhaal het centrale idee: “God is louter Liefde, en dus ben ik dat ook”, en de twee ideeën die herhaald worden. Herhaal aan het begin en het eind van elk idee het centrale idee. Gebruik de ideeën die je herhaalt om een aspect van het centrale idee te belichten, zodat dit meer betekenis voor je krijgt.

 

Begeef je dan in een stille meditatie. Houd je denkgeest vrij van woorden. Woorden zijn slechts wegwijzers, ze wijzen in de richting van de betekenis, maar nu zoeken we de directe ervaring van deze betekenis en daarbij staan woorden alleen maar in de weg. Wacht in deze woordeloze leegte “in stille afwachting” (WdI.94.4:1) op de ervaring waarover de woorden spreken, de ervaring van je ware Zelf. Je volledige aandacht is gericht op het laten rusten van je denkgeest “in stille verwachting” (WdI.157.4:3). Je denkgeest is rustig en in evenwicht.

 

Als je gedachten afdwalen, wat regelmatig zal gebeuren, herhaal dan het centrale idee om jezelf eraan te herinneren waar je op wacht – het bewustzijn van je ware Zelf – en keer terug tot je zwijgend wachten.

Besluit de oefening door het centrale idee nogmaals te herhalen.

 

HERHALINGEN

De oefeninstructies die in Les 153, alinea 15-18 worden gegeven, gelden ook voor deze herhalingen: ’s morgens en ’s avonds een lange oefenperiode en daar tussendoor op elk heel uur een of twee minuten, of korter wanneer de omstandigheden dat niet toelaten.

 

Herhaal de twee ideeën, en begin en beëindig elk ervan met het centrale idee. Dank God voor zijn gaven in het afgelopen uur en vraag Zijn Leiding voor het komende uur. Besluit met het centrale idee.